Geven begint met nemen

17 mei 2021

Veel zorgverleners staan al ruim een jaar in de ‘geef-stand’.

Steeds passen ze zich aan aan de veranderende omstandigheden. Het op- en afschalen van de Covid-zorg en het omgekeerde bij de reguliere zorg. Velen hebben nauwelijks vakantie kunnen nemen en het einde is nog niet helemaal in zicht.

Mensen die in de zorg werken zijn vaak heel behulpzaam, verantwoordelijk en willen het graag goed doen. Het is voor hen belangrijk dat de zorg voor de patiënt goed geregeld is. En dat geldt ook voor thuis. Het moet goed gaan met de kinderen, partner, familie en vrienden.

Ze vergeten daarbij vaak zichzelf.

Lees de volgende zin eens aandachtig:

‘Geven begint met nemen’

Dat hebben we zo niet geleerd!

Je moet toch eerst geven, dan mag je pas wat terugvragen of verlangen?

Laatst las ik opnieuw het boekje ‘Laat los’, van Gijs Jansen. Gijs omschrijft het heel mooi:

‘Alles begint met iets kleins dat zijn energie haalt uit de omgeving. Een zaadje wordt geplant en onttrekt eerst heel veel water, voedingsstoffen, zuurstof en licht aan de omgeving, anders kan het niet groeien. Pas als het zaadje eenmaal een volwassen plant is geworden, kan het zijn vruchten aan de omgeving terug gaan geven. Maar ook dan is het belangrijk dat de plant voldoende water, zuurstof, licht en voedingsstoffen tot zich neemt’

Je kunt ook denken aan een moeder die borstvoeding geeft: Als zij niet voldoende eet en drinkt, als zij niet voldoende tijd en rust neemt, kan ze ook geen melk aan haar kindje geven…

En deze vergelijking heb je misschien wel vaker gehoord: In het vliegtuig word je ook uitgelegd dat je als ouder eerst ZELF je zuurstofkapje op moet zetten voordat je je kind helpt.

Dus: Geven begint met nemen.

Ik kan me voorstellen dat deze gedachte nieuw voor je is, of onzekerheid oproept. Misschien ook wel weerstand! (Onze automatische gedachten en ingesleten patronen zijn heel hardnekkig). Dan nodig ik je uit voor het volgende experiment 🙂

Het ‘geven-begint-met-nemen-experiment’ gaat als volgt in zijn werk:

1. Bepaal wat je nu nodig hebt.

Maak eens een lijst met dingen waar jij nu behoefte aan hebt: momenten van rust, hulp bij huishoudelijke taken, een arm om je heen, een massage, gezelligheid, een gesprek met een vriendin, meer slaap, even uitwaaien in de buitenlucht. Schrijf minimaal 10  minuten alles op wat je kunt bedenken.

2. Maak een keuze.

Voel voor jezelf welk behoefte uit deze lijst nu het belangrijkst voor je is en je meteen heel veel oplevert. Bijvoorbeeld hulp in huis of een paar nachten doorslapen.

3. Regel dit voor jezelf!

Vraag je moeder, broer/zus, kinderen of wie dan ook om te helpen bij de voorbereidingen. Ga een paar nachten in de logeerkamer slapen en vraag je partner zich over de kinderen te ontfermen, of breng de kinderen een weekend naar je ouders. Boek een massage of ga wandelen met een vriend of vriendin. Verklaar de ochtend van je vrije dag deze maand als ‘me-time’.

Wees creatief en origineel. Ga uit je comfortzone. Het is een experiment, dus het kan mislukken. Maar speel ermee en ervaar wat het met je doet!

Auteur: Marga Gooren

TEKEN HET CHARTER VAN COMPASSION FOR CARE

Teken nu

Momenteel hebben mensen het charter getekend