De vrijdag: ‘mijn’ vrije dag

24 juni 2014

De ggz wordt uitgehold. Nee, ik heb het nu eens niet over de verwoestende bezuinigingen, de eigen bijdrage voor psychiatrische patiënten, die belachelijke beddenreductie onder het mom van ‘empowerment’ en ‘ambulantisering’, de transitie van de jeugdzorg, en het recente afschaffen van de vrije artsenkeuze. Ik heb het over onze werkhouding, of eigenlijk, want dat drukt het beter uit: onze vrijetijdshouding. Het begint er steeds meer op te lijken dat we in de ggz nog maar vier dagen in de week volwaardige zorg bieden. Voor sommige medewerkers is zelfs dat duidelijk teveel gevraagd.

Van de week stond mijn deur open, en zo kon het gebeuren dat ik het volgende gesprek opving: Sociaal psychiatrisch verpleegkundige (SPV) 1: “De vakantie komt er aan. We moeten de bezetting op de vrijdag rond zien te krijgen.”

U moet weten: op vrijdag heeft vrijwel iedereen in ons FACT team een vrije dag, behalve de psychiater (ik dus) en sinds kort, na lang soebatten, om de beurt één SPV. De vrijdag ligt gevoelig. Héél gevoelig. Aan de vrijdag wordt meestal gerefereerd met de woorden: ‘mijn’ vrije dag. En dan weet u het wel. ‘Mijn’ vrije dag is een verworven recht, dat niet zomaar opgegeven wordt. Wat zeg ik? Zelfs onze leidinggevende heeft sinds jaar en dag op de vrijdag ‘zijn’ vrije dag. Goed voorbeeld doet goed volgen, zullen we maar zeggen.

Vrijdag, crisisdag

Om de discussie goed te kunnen begrijpen moet u ook weten wat FACT inhoudt. FACT staat voor Functie Assertive Community Treatment. Een FACT team heeft de meest ernstig zieke psychiatrische patiënten in zorg. Het concept werkt optimaal als er naast de psychiater ook een psycholoog werkt, plus sociaal psychiatrisch verpleegkundigen, verpleegkundigen die intensieve thuiszorg bieden, een verslavingsdeskundige, een maatschappelijk werker en een ervaringsdeskundige. Daarnaast weet u natuurlijk dat het weekend voor veel ernstig zieke patiënten onoverkomelijk kan lijken. De vrijdag is dan ook de uitgerekende dag om in crisis te raken. En dat botst met de ‘mijn’ vrije dag houding. Dat u een beeld hebt.

Terug naar de gang: “We moeten de bezetting op de vrijdag rond zien te krijgen.” Ik spitste de oren.  SPV 2: “Laten we onze nieuwe maatschappelijke werker vragen. Als FACT team moeten we namelijk toch elkaars werk kunnen overnemen.”

Doen waar we voor opgeleid zijn

Kijk, dat is typisch zo’ n hardnekkig ggz misverstand: we moeten elkaars werk kunnen overnemen. Een erfenis uit de beruchte jaren 70, toen de psychiatrie niet alleen alle klinieken sloot, maar de patiënt ook nog eens cliënt ging noemen onder het motto: wij zijn allemaal gelijk (en we mankeren allemaal wel eens wat). Niet dus! Ik kan het werk van de maatschappelijke werker niet overnemen, en zij dat van mij ook niet. Echt niet. Een team functioneert pas goed als we ons eigen werk doen, liefst datgene waar we voor opgeleid zijn. Met diversiteit vullen we elkaar aan, en dat is toch echt iets anders dan gelijk zijn. Dáár is de patiënt bij gebaat. Niet bij een goedbedoelende maatschappelijke werker die op de vrijdagmiddag haar eerste crisis- beoordeling doet.

Het uitgangspunt moet de kwaliteit van zorg zijn, ook, wat zeg ik: juíst op de vrijdag. Zolang iedereen aan zijn eigen heilige vrije tijd blijft denken, en niet aan het belang van de patiënt, vrees ik dat die kwaliteit nog ver te zoeken is.

Remke van Staveren is psychiater bij diverse instellingen in de ggz en auteur van de boeken ‘Patiëntgericht communiceren Gids voor de medische praktijk’, voor huisartsen en medisch specialisten, en ‘Patiëntgericht communiceren in de ggz’.

TEKEN HET CHARTER VAN COMPASSION FOR CARE

Teken nu

Momenteel hebben mensen het charter getekend